Speuren naar elanden op de Halle- en Hunneberg en afscheid nemen van Zweden op de Kullaberg
Gisteren stond het natuurreservaat van de Halle- en Hunneberg op het menu. De twee tafelbergen zijn gescheiden door een kloof met een dorpje erin, maar vormen samen een natuurgebied dat gekend staan om zijn elanden. Het is dan ook het koninklijke jachtgebied hier in Zweden, waar toeristen buiten het seizoen zelf mogen speuren naar elanden, zonder ze te schieten weliswaar.
We startten met een wandeling op de Halleberg, daar waar de brochure de grootste kans op ‘eland-spotting’ beloofd. We waren echter nogal laat aan, dus we vermoeden dat het gemis aan elanden wel eens te maken kon hebben met onze slechte timing. Mooie wandeling weliswaar. In de namiddag waagden we ons geluk op de Hunneberg, met een wandeling centraal op het plateau. We trokken dwars door het beschermde gebied, maar ook hier waren de elanden ver te zoeken. We vermoeden dat we er wel een paar nietsvermoedend zijn voorbij gewandeld, aangezien we allebei zodanig gefocust waren op onze voeten om deze niet om te slaan. Toch verliepen deze wandelingen veel stiller dan anders, dus het was duidelijk dat we beiden hoop koesterden. Hoop die niet beloond werd met een ontmoeting met een eland, maar een hert dat zich niet zo goed verstopt had, dat kon er wel vanaf.
Zo erg vonden we het eigenlijk niet dat we geen elanden gezien hadden, want die avond hadden we een eland-safari geboekt die in veel reisgidsen aangeraden werd. Reikhalzend wachtten we op de bus die ons ‘s avonds opnieuw naar het park zou brengen. Wanneer we opstapten viel het ons op hoeveel mensen er op de bus zaten. We speculeerden dan ook dat we nog in kleinere groepjes zouden opgesplitst worden. Eens aangekomen bij het centraal gelegen museum, kregen we onze wrap met eland-salami en mochten we een kijkje nemen in het museum. We dachten daarna ingedeeld te worden in groepjes om op tocht te gaan, maar plots moesten we opnieuw de bus op. Bovendien was er nog een bus met mensen, dus misschien moesten we naar een andere vertrekplaats rijden?
Op de bus werden verrekijkers uitgedeeld. Even daarna werd er vermeld dat het nog een dik halfuur was tegen dat de zon onder zou gaan, dus dat we ‘meer dan voldoende tijd hadden om te zoeken’. Op dat moment hadden wij naïevelingen door dat dit het zou zijn: we kwamen niet meer van die bus af. We waren met open ogen in een ‘tourist trap’ gelopen. De bus heeft ongeveer 4 rondjes gereden op de openbare weg die de tafelberg ontsluit, en dit in tegengestelde richting aan de andere bus (om toch niet in elkaars buurt te rijden). Een dik uur later was er even heisa: er had iemand een eland gespot. We waren er natuurlijk net voorbij gereden, dus de bus zette zich in achteruit: ‘PUUT PUUT PUUT PUUT’. Sander en ik kregen bijna de slappe lach. Het was zo absurd dat mensen effectief dachten op deze manier veel elanden te kunnen spotten dat het bij ons zelfs nooit was opgekomen dat dit onze uitstap zou zijn…
Een dik kwartier later zagen we dan toch een eland. Hij keek wat verdwaast naar de bus, waarschijnlijk terwijl hij zich afvroeg wat wij in godsnaam aan het doen waren. Ach ja, het gebeurt niet veel dat wij ons laten vangen aan dergelijke uitstappen, maar we hebben ons toch nog goed geamuseerd. Na ongeveer 3 uur op die bus en 1 eland hadden we het echter wel gehad en waren blij om terug in het stadje afgezet te worden.
Vandaag, onze laatste dag in Zweden, reden we terug zuidwaarts richting Kullaberg. Het schiereiland ligt niet zo ver van de ferry die we morgen moeten nemen, en biedt enkele wandelingen. Sander en ik trokken dus voor een laatste keer onze trekschoenen aan en deden de tour van het schiereiland, op het gemak en genietend van de laatste zon.