Dag 10: vaarwel Wadi Rum – dag visjes!
De laatste dag Wadi Rum eindigen we met een dubbel gevoel. De wandelingen waren schitterend, de uitzichten prachtig en de kampvuren ’s avonds super gezellig, maar de grond is hard, stappen in zand is niet te onderschatten en na drie dagen verlang je toch een beetje naar een wc… Het was trouwens zeer koud geweest ’s nachts want we stonden op met ijs op de tent. Ik had dan ook helemaal niet goed geslapen en was al een kort toertje gaan maken terwijl de maan en zon in de hemel stonden.
De laatste wandeling van Wadi Rum was de minst spectaculaire. We wandelen naar oude geschriften en kwamen alsmaar meer en meer toeristen tegen. Iedereen moest er terug wat aan wennen zo “vreemd volk dat de uitzichten kwamen verpesten”. Na een acht-tal kilometer stapten we dan helemaal de beschaving binnen (overal benzine geur, asfalt, half afgewerkte huizen en afval) dus het einde was niet echt mooi te noemen.
We werden terug op een minibusje gepropt, maar niet nadat we onze gids en de kok uitvoerig bedankten voor de schitterende tocht en het lekkere eten. De bus was duidelijk uit India weggeplukt. Het enige dat ontbrak, waren kippen op het dak. Gelukkig was het maar een uurtje rijden naar de stad van Aladin (Aqaba voor de niet-Disney-kenners).
Daar aangekomen verfristen we ons eens vlug terwijl er een busje werd geregeld naar de Berenice Beach Club. De busjes waren taxi’s en we vertrokken met zes in een auto. Filip wou graag wat tabak kopen, waarop de chauffeur hem prompt naar een winkel bracht waar tabak per kg verkocht werd. Dat was iets teveel van het goede… Uiteindelijk kwamen we aan en we voelden ons direct de typische westerse strandtoerist. Echter deed dit verschrikkelijk deugd. We bestelden direct wat fast food (na 1,5 week ben je de groentjes toch een heel klein beetje beu).
Iline en ik wouden zeer graag snorkelen, zeker nadat een aantal andere groepsleden vertelden dat de Dode Zee één van de mooiste zeeën is om in te zwemmen en dat bleek de kloppen. Het koraal groeit direct aan de rand van het strand waardoor we de pier moesten gebruiken om in het water te gaan. Alle soorten vissen, prachtige koralen en Annemie zag zelfs een schildpad. Het was echt fenomenaal. Daarna werd er nog even gedanst in de ondergaande zon en keerden we terug naar het hotel.